Baby

Clustervoeden en regeldagen

Wil je baby opeens een paar korte voedingen vlak na elkaar drinken? Dat noemen we clustervoeden, clusteren of een regeldag hebben. Je baby regelt zo zelf dat je genoeg melk blijft aanmaken en dat hij of zij gerustgesteld wordt. Hoe werkt clusteren en hoe ga je ermee om?

Regeldagen

Regeldagen zijn normaal. Ze zijn nodig om vraag en aanbod van borstvoeding te regelen. Je ziet het meestal als je baby ongeveer 10 dagen, 3 weken, 3 maanden en 6 maanden is. Op regeldagen hoeft je baby niet per se langer aan de borst, maar wel iets vaker.

  • Soms wil je baby een of twee dagen wat vaker drinken. Meestal  in de avond. Je baby wil soms wel elk uur even drinken. Daarna slaapt hij of zij wel langer.
  •  Zo ‘regelt’ je baby dat de melkproductie groter wordt, zodat die weer aansluit bij wat hij of zij nodig heeft.
  • Het kan ook dat je kind een virus heeft opgelopen. Door vaak om de borst te vragen, krijgt je kind extra veel antistoffen binnen, die de ziekte bestrijden. En natuurlijk is het fijn bij je moeder te zijn als je je niet zo lekker voelt.
  • Een derde mogelijkheid is dat je baby de vorige dag minder gedronken heeft en dit nu wil inhalen. Ook op momenten waarop je wat minder melk aanmaakt kan je baby vaker om de borst vragen. Als je daaraan toegeeft, komt de melkproductie weer heel snel in evenwicht.
  • Het kan ook dat je kind veel heeft meegemaakt, gezien of gehoord. Al die prikkels moet je baby verwerken. Hij of zij wil dan veel knuffelen en lekker vaak iets warms. Hierna slaapt je baby vaak weer rustiger.

Wisselvoeden

Als je zelf de hoeveelheid melk wat wilt verhogen, kun je gaan wisselvoeden. Daarbij wissel je een paar keer sneller van borst. Dat gaat bijvoorbeeld als volgt:

  • Laat je baby aan de eerste borst drinken tot die soepel aanvoelt. Voel of dit zo is en masseer zo nodig mee.
  • Geef de andere borst als je baby niet meer slikt of onrustig wordt aan de eerste borst.
  • Wissel na deze tweede borst voor een paar minuten weer terug naar de eerste borst.
  • En eventueel weer terug naar je andere borst als dat nog nodig is.

Je borsten zijn nooit leeg en de melk stroomt makkelijker als je opnieuw aanlegt. Opnieuw aanleggen of vaker aanleggen helpt de melkproductie en zorgt voor vollere borsten. Daardoor stroomt de melk makkelijker. Het vooraf en tussendoor masseren van je borsten helpt ook.

Wisselvoeden is ook een oplossing als je baby onrustig is aan de borst. Dit zie je bijvoorbeeld als je baby ongeveer 6 weken of 3 maanden is. Misschien was je baby gewend aan een makkelijke melkstroom, maar is hij op deze momenten toe aan meer voeding. Door het wisselvoeden zorgt je baby voor het aanmaken van meer melk. Of misschien voedde je eerst aan één borst en is je baby weer toe aan twee borsten per voeding. Ook kan het zijn dat je gewend was een bepaalde tijd aan te houden. Of misschien word je weer ongesteld? Dan kan de productie soms even minder zijn.

Wil je meer lezen over het helpen van je melkproductie? Kijk dan op Borstvoeding.nl, de website van borstvoedingsorganisatie La Leche League. Je kunt ook advies vragen bij een lactatiekundige. Op nvlborstvoeding.nl vind je er een in de buurt.