Het is belangrijk dat je baby op tijd leert drinken uit een beker. Waarom is drinken uit een beker beter? En welke beker gebruik je dan?
Wanneer kan je baby uit een beker drinken?
Oefenen met een beker kan vanaf het moment dat je baby kan zitten. Vanaf ongeveer 9 maanden kun je je kind leren uit een beker te drinken.
Geef je kind tussen de gewone maaltijden door af en toe een beetje water in een beker. Je kind kan de beker dan zelf naar de mond brengen.
In het begin knoeien kinderen veel. Het kan een paar weken of maanden duren voor je kind goed zelf uit een beker kan drinken. Dat is heel normaal.
Kijk het filmpje ‘Uit een beker drinken’ van Groter Worden:
De youtube video wordt niet getoond omdat de cookies niet zijn geaccepteerd. Ga naar https://www.youtube.com/embed/wjhFckPinY8?si=Ov6aMsjUAIHrF-Gf om hem alsnog te bekijken.
Waarom is drinken uit een beker beter dan uit de fles?
- Bij het drinken uit een beker gebruikt je kind meer en andere mondspieren dan bij het drinken uit een fles.
- Drinken uit een beker helpt de normale ontwikkeling van het tongriempje en voorkomt verkeerd slikken.
- Door uit een beker te drinken gaat je kind beter door de neus ademhalen. Dit kan helpen om verkoudheid en oorontsteking te voorkomen.
- De kaken ontwikkelen zich beter als je kind uit een beker drinkt.
- Als je kind lang en vaak uit een zuigfles drinkt, is dat niet goed voor de groei van de bovenkaak, de stand van de tanden en voor de spraakontwikkeling van je kind.
Natuurlijk mag je kind tussendoor nog wel eens uit een fles drinken. Laat je kind de fles meteen leegdrinken, zodat hij of zij niet de hele dag door slokjes neemt. Dat veroorzaakt gaatjes in de tanden. Geef je kind ’s nachts ook geen fles melk mee naar bed.
Lees over de tanden van je baby en hoe je ze verzorgt.
Waarom kun je beter geen tuitbeker gebruiken?
Lukt het drinken zonder deksel niet? Kies dan geen tuitbeker of anti-lekbeker, maar een beker met een hol deksel met een drinkspleet of gat. Met een tuitbeker zuigt en slikt je kind nog zoals een jonge baby. Dit kan de ontwikkeling van de mond, tanden en spraak tegenwerken.
Als je kind veel uit een tuitbeker drinkt, kan de tong verkeerd in de mond gaan liggen. Hierdoor duwt de tong tegen de tanden aan en kan de kaak verkeerd gaan staan. Dan heeft je kind later misschien een beugel nodig. Ook kan een verkeerde ligging van de tong en verkeerd slikken kunnen ook invloed hebben op hoe je kind klanken uitspreekt. Het maakt goed leren praten dus lastiger.
