Na de geboorte van je kind krijg je een uitnodiging om je kind te laten vaccineren. Welke vaccinaties kan jouw baby krijgen? Hoe kan een baby reageren op een vaccinatie? En wat als je twijfelt of je je baby wilt vaccineren?
Waarom krijgen alle kinderen vaccinaties aangeboden?
Alle ouders krijgen een uitnodiging om hun kind te laten vaccineren bij de jeugdgezondheidszorg. Het is niet verplicht om je kind te laten vaccineren, maar artsen raden het wel aan. Het beschermt je kind tegen bepaalde ernstige infectieziektes.
Om je kind goed te beschermen is het belangrijk dat je kind alle vaccinaties uit het programma krijgt.
Als veel kinderen zijn gevaccineerd tegen een bepaalde infectieziekte, komt deze ziekte minder vaak voor. Ook kinderen die niet gevaccineerd zijn en kinderen waarbij de vaccinatie niet werkt, lopen dan minder risico op de ziekte. Ze worden eigenlijk beschermd door de groep van ingeënte kinderen. Dat noemen we groepsbescherming.
Dit geldt alleen niet voor de ziekte tetanus. Bescherming tegen tetanus werkt alleen als je kind zelf gevaccineerd is.
In dit filmpje vertelt jeugdarts Tijs meer over vaccinaties:
De youtube video wordt niet getoond omdat de cookies niet zijn geaccepteerd. Ga naar https://www.youtube.com/embed/gImsmDNk6PE?si=qRyVlcFQANeDlztJ om hem alsnog te bekijken.
Welke vaccinaties krijgen baby’s aangeboden?
In het eerste jaar word je opgeroepen om je baby te laten vaccineren tegen difterie, kinkhoest, tetanus en polio (DKTP), ziektes door de hib-bacterie, hepatitis B en pneumokokkenziekte. Dit zijn ernstige ziektes. Gelukkig komen ze door de vaccinaties bijna niet meer voor. De vaccinaties worden gegeven met een prik.
Sinds 1 januari 2024 krijgen baby’s een vaccin aangeboden tegen het rotavirus. Dat is geen prik maar een druppelvaccin.
Vanaf 8 september 2025 krijgen baby’s ook een prik aangeboden tegen het RS-virus.
- Wil je weten wanneer je kind welke vaccinatie kan krijgen? Bekijk het Vaccinatieschema.
- Het vaccinatieschema is vanaf 2025 iets veranderd. Baby’s krijgen nu met 12 maanden 2 prikken die ze eerst met 11 maanden kregen.
- Op RIVM.nl lees je meer over de ziektes waar je baby vaccinaties tegen kan krijgen.
Kinkhoestprik (22 wekenprik) tijdens de zwangerschap
Als je als moeder bent gevaccineerd tijdens de zwangerschap, heeft je baby een prik minder nodig.
Heb je als moeder geen 22 wekenprik gehaald? Dan krijgt je kind bij 2 maanden een extra vaccinatie (tegen DKTP, Hib-ziekten en Hepatitis B).
Lees op RIVM.nl meer over kinkhoest.
Nieuwe prik tegen RS-virus
Het RS-virus veroorzaakt een infectie aan de luchtwegen. Baby’s worden dan bijvoorbeeld benauwd of krijgen een longontsteking. Hoe jonger de baby, hoe groter de kans dat hij of zij ernstig ziek wordt. Elk jaar komen 1500 tot 3000 baby’s door het RS-virus in het ziekenhuis terecht.
Baby’s geboren vanaf april t/m september krijgen de prik in september of oktober aangeboden.
Baby’s die vanaf oktober t/m maart worden geboren, dus in het RS-virus-seizoen, krijgen de prik binnen twee weken na de geboorte aangeboden.
Lees op RIVM.nl meer over het RS-virus.
Druppels tegen rotavirus
Rotavirusinfecties komen in Nederland veel voor, vooral bij jonge kinderen tot 2 jaar oud. Een infectie met het rotavirus veroorzaakt een ontsteking aan de maag en darmen van je baby. Het rotavirus is erg besmettelijk. Door een vaccinatie krijgt je kind geen rotavirus of wordt het er minder ziek van. Het is geen prik, maar je kind krijgt druppels in de mond.
Kinderen die vanaf 1 januari 2024 zijn geboren krijgen de eerste vaccinatie aangeboden als ze tussen 6 en 9 weken oud zijn. De tweede volgt als ze 3 maanden zijn.
Lees op RIVM.nl meer over het rotavirus.
BCG-vaccinatie tegen tuberculose voor sommige baby’s
Niet alle baby’s krijgen de BCG-vaccinatie. Alleen als één of beide ouders van de baby zijn geboren in een land waar veel tuberculose voorkomt, krijgt je kind een oproep voor de vaccinatie.
De BCG (Bacillus Calmette-Guérin) vaccinatie beschermt tegen tuberculose. Na deze vaccinatie is de kans veel kleiner dat een kind tuberculose krijgt. Een kind kan door de vaccinatie de meest ernstige vormen van tuberculose bijna niet krijgen en ook de ernstige gevolgen van de ziekte niet.
De vaccinatie kan samen met andere vaccinaties gegeven worden.
Op RIVM.nl vind je een folder over de vaccinatie tegen tuberculose.
Hoe kan een baby reageren op een vaccinatie?
Je kunt een prik makkelijker maken voor je baby door hem of haar af te leiden. Zing bijvoorbeeld een liedje of voed je baby als hij of zij de prik krijgt.
Kinderen kunnen last krijgen van bijwerkingen na een vaccinatie, maar dat gebeurt niet altijd. De meeste bijwerkingen beginnen op de dag van de vaccinatie.
- De plek van de prik kan soms rood, dik of pijnlijk worden. Ook is het niet gek als je baby zo’n drie uur na de prik verhoging krijgt. Het kan dat je baby huilerig of hangerig wordt, niet wil drinken en veel slaapt. Meestal duurt dit één of twee dagen.
- Bij de vaccinatie tegen bof, mazelen en rodehond (met 14 maanden) kan je kind vijf tot twaalf dagen na de prik last krijgen. Soms krijgen kinderen lichte huiduitslag.
- Krijgt je baby meer dan 39 graden koorts, wordt hij of zij slap of suf? Of maak je je om een andere reden zorgen? Bel dan met je huisarts. Het hoeft niet door de prik te komen. Misschien is er iets anders aan de hand. Zorg er in ieder geval voor dat je baby genoeg drinkt.
Op rijksvaccinatieprogramma.nl lees je over de bijwerkingen van vaccinaties.
Denk je dat je kind een andere bijwerking heeft van de prik? Dan kun je dit melden bij het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb.
Mag je kind een vaccinatie als het ziek is?
Is je kind ziek? Neem contact op met de organisatie die de prik geeft. Je kunt dan vragen of het nu slim is om te vaccineren. Soms wordt de prik even uitgesteld.
Twijfel je of je je baby wilt laten vaccineren?
Het kan zijn dat je twijfelt of je je baby moet laten vaccineren. Sommige ouders maken zich bijvoorbeeld zorgen over:
- wat er precies in het vaccin zit;
- of het vaccin niet schadelijk is voor het kind;
- wat de mogelijke bijwerkingen zijn van het vaccin;
- of het kind de ziekte toch nog kan krijgen
Uit onderzoeken weten we dat de vaccinaties niet schadelijk zijn voor je kind. Ze zorgen dat je kind veel infectieziektes niet krijgt. Heel soms kan een kind na vaccinatie de ziekte toch krijgen. De ziekte is dan wel minder ernstig en de kans op problemen veel kleiner.
- Praat over je twijfels met de Jeugdgezondheidszorg.
- Lees op RIVM.nl meer over twijfels over vaccinatie.
- Je kunt ook bellen met de Twijfeltelefoon (tel. 088-7555777).
Meer over vaccineren
- Steffie legt in makkelijke taal uit hoe vaccineren werkt, in het Nederlands, Engels, Arabisch, Oekraïens, Pools en Turks.