Kinderen kunnen net als volwassenen verdrietig zijn als er iets naars gebeurt. Hoe ga je om met verdriet van je kind? En wat doe je als je kind veel huilt of verdriet juist niet goed kan uiten?
Wat is verdriet?
Als kinderen iets belangrijks meemaken en er gebeurt iets naars, worden ze vaak verdrietig. Meestal huilt je kind als het verdrietig is. Maar je kind kan ook boos of stil worden als hij of zij verdrietig is.
Huilen is een goede manier om troost en steun te krijgen bij verdriet. Vaak is huilen ook een natuurlijke manier om spanning kwijt te raken.
Hoe ouder je kind wordt, hoe meer controle hij of zij heeft over emoties. Je kind heeft huilen daarvoor steeds minder nodig.
Ook leert je kind als hij of zij ouder wordt dat verdriet weer voorbij gaat. Vanaf 9 jaar kunnen de meeste kinderen beter met verdriet omgaan. Ze begrijpen meer en kunnen er beter over praten.
- Merk je dat je kind wil huilen, maar dat hij of zij dat niet toelaat? Vertel dan dat huilen niets te maken heeft met niet stoer zijn. Geef je kind een compliment als hij of zij verdriet laat zien of erover vertelt. Het maakt niet uit of dat met huilen of woorden is.
- Merk je dat je kind niet kan stoppen met huilen, ook al wil hij of zij dat wel? Troost en knuffel je kind. Zo kun je je kind helpen weer controle te krijgen. Je kunt bijvoorbeeld een slokje water geven of je kind vragen even diep in- en uit te ademen. Geef je kind een compliment als het hem of haar lukt zo weer rustig te worden.
Hoe ga je om met het verdriet van je kind?
- Laat je kind verdrietig zijn. Leid je kind niet af van het verdriet.
- Neem het verdriet van je kind serieus en maak er geen grapjes over. Het is belangrijk dat je kind verdriet kan laten zien en het kwijt kan. Als je kind verdriet binnenhoudt, kan hij of zij er lichamelijk last van krijgen, bijvoorbeeld buikpijn.
- Troost je kind en praat samen over het verdriet. Vraag je kind wat kan helpen om zich weer beter te voelen. Dat kan een dikke knuffel zijn, samen naar buiten gaan, of een boek lezen.
- Praat met je kind over zijn of haar gevoelens terwijl je met iets anders bezig bent. Dat kan bijvoorbeeld onderweg in de auto of tijdens het opruimen van de kamer. Dan praat een kind soms makkelijker.
- Luister naar je kind als hij of zij vertelt over het verdriet. Kan je kind zelf de woorden niet vinden? Probeer het dan voor je kind te zeggen: ‘Ik snap dat je verdrietig bent, omdat je beste vriend gaat verhuizen. Zullen we vragen of hij komt logeren in de vakantie?’.
- Kinderen blijven soms hangen in hun verdriet of ze worden van kleine dingen al erg verdrietig. Als dat gebeurt, kun je je kind helpen zelf oplossingen te zoeken voor die gevoelens. ‘Wat jammer dat je bal kapot is, want je vond hem heel mooi, hè? Denk je dat we een andere mooie bal kunnen vinden?’.
Wat doe je als je kind veel huilt?
Huilt je kind vaak of lang? Dan kun je je als ouder machteloos of boos voelen. Hoe kun je ermee omgaan?
- Als je kind erg overstuur is, kan het helpen om hem of haar even alleen te laten bijkomen. Breng je kind naar zijn of haar eigen kamer en zeg dat hij of zij terug mag komen als hij of zij kalmer is. Vertel dat je over vijf minuten komt kijken. Doe dit alleen als je niet geïrriteerd bent. Dan voelt je kind dat dit geen straf is, maar een manier om rustig te worden.
- Probeer erachter te komen waarom je kind vaak of lang huilt. Is het misschien een manier om je aandacht te krijgen? Kun je die aandacht ook zonder huilen geven? Wordt jouw ‘nee’ na huilen vaak toch een ‘ja’? Dan leert je kind dat huilen beloond wordt en zal het vaker gaan huilen.
- Sommige gevoelige kinderen vragen veel van zichzelf en van het leven en zijn daarom snel teleurgesteld. Ze hebben extra steun nodig om met hun gevoelens om te gaan. Jouw hulp is vaak genoeg: verdriet serieus nemen, het benoemen en je kind helpen met stoppen.
- Huilt je kind veel? En wil je advies over hoe je hiermee omgaat? Je kunt altijd contact opnemen met je huisarts of de jeugdgezondheidszorg.
Wat doe je als je kind verdriet niet laat zien?
Niet alle kinderen laten duidelijk zien dat ze verdriet hebben. Sommige kinderen slapen slecht, trekken zich terug, eten minder of hebben minder zin in dingen. Sommige kinderen gedragen zich juist extra druk. Ze praten veel en zijn heel actief. Soms krijgen ze dan opeens een heftige huilbui, en weet je niet waarom.
Piekert je kind veel en is hij of zij misschien bang of depressief? Vraag advies aan je huisarts of de jeugdgezondheidszorg.