Drugs en pubers

Pubers experimenteren soms met drugs. Wat zijn de risico’s van drugs voor je kind? Hoe ga je ermee om als je tiener drugs gebruikt? En wanneer wordt drugsgebruik een probleem?

Waarom wil een kind drugs proberen?

Dingen proberen en experimenteren hoort bij de puberteit. Veel tieners experimenteren een keer met drugs, bijvoorbeeld door te gaan blowen. Dat kan lastig zijn voor jou als ouder. Je wilt natuurlijk niet dat je kind verslaafd raakt aan drugs. Maar niet elke jongere die drugs uitprobeert, raakt in de problemen.

Pubers die voor het eerst drugs gebruiken, doen dat vaak uit nieuwsgierigheid. Of ze zijn op zoek zijn naar een geluksgevoel of een heftige sensatie. Gebruikt je kind drugs omdat hij of zij zich rot voelt? Dan is de kans op verslaving groter.

Hoe werkt het willen proberen van drugs in het puberbrein? Dat zie je in dit filmpje van het Trimbos Instituut:

Hoe werken verschillende soorten drugs?

Drugs kunnen energie geven, verdoven of het bewustzijn veranderen:

• Van stimulerende middelen krijg je meer energie en word je alerter. Cocaïne, XTC en speed zijn bijvoorbeeld stimulerend.
• Verdovende middelen werken kalmerend en ontspannend. Voorbeelden zijn heroïne en GHB, maar ook slaapmiddelen.
• Van hallucinerende middelen gaat je kind de wereld (heel) anders zien en beleven. Je kunt dingen gaan zien of horen, die er niet zijn. Voorbeelden zijn LSD, paddo’s, hasj en wiet.

Sommige middelen, zoals XTC, zijn oppeppend, maar ook hallucinerend. Hasj en wiet kunnen het bewustzijn veranderen, maar ook versuffend werken.

Hasj en wiet zijn na alcohol de meest gebruikte drugs onder jongeren. Toch hebben vier van de vijf jongeren nog nooit geblowd. Blowen is het roken van hasj of wiet in een soort sigaret (joint) en geeft een ontspannen gevoel. Andere woorden voor hasj en wiet zijn cannabis, hennep, hasjiesj of marihuana.

Wat zijn de risico’s van drugs?

Iedere drug heeft andere risico’s. Drugs kunnen schadelijk zijn voor de longen, lever, hersenen en het hart. Ook kan je kind verslaafd raken. Bij verslaving is ‘willen’ veranderd in ‘moeten’ gebruiken. Iemand die verslaafd is aan drugs kan geestelijk of lichamelijk afhankelijk zijn van het middel.

Op Drugsinfo.nl vind je meer informatie over de werking, effecten en risico’s van verschillende soorten drugs.

Hoe praat je over drugs als je kind (nog) niet gebruikt?

Als ouder kun je je kind voorbereiden door een open gesprek te hebben over drugs. Zonder vooroordelen, dreigementen of goedbedoelde waarschuwingen. Doe dit voordat je kind nieuwsgierig is naar drugs. Tips:

• Begin het liefst al voor het twaalfde jaar met gesprekken over drugs.
• Begin erover als er een aanleiding voor is. Bijvoorbeeld als er op school les over gegeven wordt, of als er op tv aandacht aan wordt besteed.
• Iedere tiener kan in contact komen met drugs. Wil je kind experimenteren, dan kun je dat niet tegenhouden. Je kunt je kind wel vertellen waar jouw grenzen liggen. En je kunt je kind helpen om de eigen grens te bepalen.
• Straf je kind niet voor experimenteren, maar praat er samen over.

Meer over drugs en hoe je er met je kind over kunt praten, vind je op drugsinfo.nl en Helderopvoeden.nl.

Wat kun je doen als je puber drugs gebruikt? Presentatrice Fiona geeft tips in dit filmpje:

Hoe praat je over drugs als je kind wel gebruikt?

Merk of denk je dat je kind regelmatig drugs gebruikt? Dan is het belangrijk om daarover te praten:

• Zorg dat je zelf goed op de hoogte bent van de werking en risico’s van drugs.
• Kies een goed moment om over het drugsgebruik te praten. Ga het gesprek niet aan als je bijvoorbeeld boos bent of als je kind terugkomt van een feestje. Praat er ook niet over als er anderen bij zijn. Kies liever een rustig moment uit.
• Benoem wat je hebt gezien. En geef aan dat je denkt dat hij of zij drugs gebruikt.
• Vraag hoe lang je kind drugs gebruikt, hoe vaak en met wie. Maar maak er geen kruisverhoor van, dat werkt meestal niet goed.
• Je mag bezorgd zijn, maar wees ook open en belangstellend. Dan klapt je kind minder snel dicht.
• Ontkent je kind dat hij of zij drugs gebruikt? Laat het onderwerp dan even rusten en zeg dat je er later verder over wilt praten.
• Blijft je kind ontkennen? Het kan ook zijn dat je kind het niet wil toegeven. Vertel je kind dat het voor informatie ook terecht kan bij Drugsinfo.nl. of Jouwggd.nl.
• Geef aan dat je kind altijd bij jou terecht kan met vragen of problemen.
• Na een eerste gesprek kun je erop terugkomen. En vertellen wat voor jou de regels en grenzen zijn en waarom je die stelt. Maak samen afspraken over het drugsgebruik. Als je kind het er mee eens is, kan hij of zij zich beter aan de afspraken houden.

Op Helderopvoeden.nl vind je een korte, gratis online cursus over hoe je praat over moeilijke onderwerpen.

Wanneer is drugsgebruik bij je kind een probleem?

Heeft je kind een keer drugs gebruikt? Dan is dat niet meteen reden tot zorgen. Jongeren vinden het vaak interessant en spannend om dingen uit te proberen.

Er is wel reden tot zorg wanneer je kind:

• Zich ineens heel anders gaat gedragen;
• Slechter presteert op school of bij de bijbaan;
• Er slechter uitziet;
• Angstig of somber is;
• Zich terugtrekt;
• Slaapproblemen heeft (vooral na het uitgaan).

Het is niet altijd makkelijk te merken of een kind vaak gebruikt of verslaafd is. Is je kind verslaafd, dan gaat dit meestal ten koste van belangrijke dingen. Zoals werk, school en relaties met anderen. Ook krijgt je kind vaak moeite zich aan afspraken te houden.

Pubers vertellen vaak niet dat ze gebruiken. Soms liegen ze er zelfs over. Een kenmerk van verslaving is dat een kind doorgaat met gebruiken, ook al merkt hij of zij dat er problemen door ontstaan. Veel kinderen willen wel stoppen of minder gebruiken, maar dat lukt vaak niet.

Denk je dat je kind verslaafd kan zijn? Zoek dan hulp bij een instelling voor verslavingszorg. Als je kind geen hulp wil, kun je wel voor jezelf hulp zoeken. Schaam je hier niet voor. Er zijn in Nederland veel mensen met verslavingsproblemen. Je kind is niet de enige.
Op de website drugsinfo.nl vind je hulp bij jou in de buurt.